Tekst Chris Twenhöfel

Bij een kernongeval kunnen radioactieve stoffen vrijkomen en zich over grote gebieden verspreiden. Radiologische metingen zijn dan een belangrijke informatiebron over de mate van besmetting, de blootstelling aan ioniserende straling en de risico’s voor de bevolking. Het is belangrijk dit gebied zo snel mogelijk in kaart te brengen om effectief beschermende maatregelen te kunnen nemen. Dit vraagt om een landelijke meetstrategie met gecoördineerde inzet van alle beschikbare meetcapaciteit. De werkgroep Landelijke Afstemming Meetstrategie bij Stralingsongevallen (LAMS) heeft recent de uitgangspunten en handreikingen opgesteld voor zo’n gemeenschappelijk meetprogramma. 

Werkgroep LAMS

De landelijke meetstrategie is tot stand gekomen in de werkgroep Landelijke Afstemming Meetstrategie bij Stralingsongevallen (LAMS). De werkgroep is onderdeel van het beheer van het Landelijke Crisisplan Straling (LCP-S) en heeft als doel het opstellen van een landelijk gecoördineerde operationele samenwerking en informatiedeling bij stralingsongevallen. Aan de werkgroep nemen deel de Veiligheidsregio’s Zeeland, Midden- en West-Brabant, Twente, Noord- en Oost-Gelderland, het RIVM, Defensie (CBRN , CEAG) en de ANVS.

Dat dit gezamenlijk meetprogramma nodig is, bleek uit evaluaties van eerdere nationale oefeningen. Er werden grote verschillen geconstateerd tussen de regionale en nationale beelden van de situatie. Daarnaast was onduidelijk hoe de strategische doelstelling vertaald werd naar een concreet meetplan. De vertaling van metingen naar risico’s (dosis) en maatregelen werd door de veiligheidsregio als lastig ervaren. De nu opgestelde ‘Landelijke meetstrategie kernongevallen’ brengt verschillende uitwerkingen voor een landelijke strategie bij elkaar.   

Doel

Het uiteindelijk doel van het meetprogramma is om risico’s in kaart te brengen en beschermende maatregelen voor de bevolking (mede) te bepalen, te onderbouwen of bij te stellen. De landelijke meetstrategie beschrijft het gezamenlijke optreden van de metende partijen tijdens de emissie en verspreiding van radioactieve stoffen in de atmosfeer en direct na passage van de radioactieve wolk.
 

Meetplan

De tijd voorafgaand aan een emissie kan gebruikt worden voor het opstellen van de meetploegen. Hiertoe levert het RIVM een inschatting van het potentieel effectgebied. Dit gebied wordt elke 4 uur aangepast aan de actuele situatie.
Tijdens een emissie worden metingen verricht om de omvang en inhoud van de radioactieve wolk te bepalen. Naast het vaste Nationaal Meetnet Radioactiviteit (NMR) zijn de waakvlaminstituten (WVI) en de mobiele meetploegen van de brandweer, RIVM en Defensie actief. Het gaat dan voornamelijk over het meten van het omgevingsdosisequivalent (gammastraling), aangevuld met een aantal specialistische metingen (zoals  spectroscopische analyses van luchtstof en depositie) van het RIVM, WVI en Defensie. Zo kan de emissie tijdig worden vastgesteld en kan beoordeeld worden of beschermende maatregelen in de juiste gebieden zijn ingesteld. 
Na een emissie wordt de besmetting in het effectgebied vastgesteld. Metingen van het omgevingsdosisequivalent dienen om de besmetting in een groot gebied snel in kaart te brengen. Specialistische metingen zijn hier belangrijk om de vertaling naar dosis na blootstelling van de bevolking correct te maken. In het effectgebied wordt ook gezocht naar zogenaamde 'hot spots'; gebieden waar, na bijvoorbeeld neerslag, lokaal een (sterk) verhoogde depositie en blootstelling aanwezig is. 

Hoe verder?

De meetstrategie is beperkt zich nu nog tot de (zwaardere) kernongevallen. Uitbreidingen van de strategie zijn mogelijk voor andere ongevalsscenario’s, latere respons fasen of uitbreiding naar andere aandachtsgebieden zoals bijvoorbeeld de voedselvoorziening. 
Ook technologische vernieuwingen kunnen aanleiding zijn voor uitbreiding. Denk bijvoorbeeld aan metingen vanuit de lucht met behulp van drones of heli’s of de toepassing van ‘rijdend meten’ of de inzet van autonome meetposten. Uiteindelijk zal de meetstrategie ook uitgewerkt moeten worden in regionale plannen en moet de strategie door alle partijen beoefend worden. 

Verder lezen


•    Landelijke meetstrategie bij kernongevallen. Uitgangspunten en handreikingen voor een gemeenschappelijke meetprogramma van de Brandweer, Defensie en RIVM. Werkgroep LAMS (RIVM publicatie: in druk)
•    Landelijk Crisisplan Straling (LCP-S). Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (2021)
•    Kennisdocument Stralingsincidenten Veiligheidsregio’s. Nederlands Instituut Publieke Veiligheid (2021)
•    Nationaal Meetnet Radioactiviteit (NMR). Nationaal Meetnet Radioactiviteit | RIVM